Voetbal fungeert traditioneel als een bindmiddel waarmee individuen zich kunnen identificeren met hun club en stad. Voor uitspelende supporters gelden echter vaak nog steeds uitzonderingsmaatregelen: zij worden ingedeeld in bus- of autocombi’s, dienen buiten het stadscentrum te verzamelen of worden geheel uitgesloten van toegang. Hoewel deze maatregelen oorspronkelijk zijn ingevoerd om incidenten te voorkomen, sluiten ze onvoldoende aan bij de huidige situatie. Het aantal ernstige verstoringen is afgenomen en politie en gemeenten beschikken tegenwoordig over meer geavanceerde middelen. Volgens cijfers van het Supporterscollectief Nederland konden in het seizoen 2024/25 slechts 6 % van de uitwedstrijden zonder beperkingen via vrij vervoer worden bezocht; bij 21 % was een buscombi verplicht, bij 22 % een autocombi, en bij 5 % werden uitsupporters helemaal uitgesloten. Ondanks deze beperkingen groeide het gemiddelde aantal uitsupporters met bijna 15 %. Die loyaliteit verdient geen wantrouwen maar waardering

Desalniettemin is het uitvak momenteel voller dan ooit; een toenemend aantal supporters reist hun club achterna, ondanks het verdwijnen van vrije vervoersregelingen en het regelmatig opleggen van collectieve sancties. In andere Europese landen is vrij vervoer gangbaar, waardoor uit- en thuissupporters zonder noemenswaardige ordeverstoringen samenkomen.

In mijn functie bij de KNVB heb ik intensief overleg gevoerd met clubs, veiligheidscoördinatoren, SLO’s(Supporter Liaison Officers) en supportersgroepen. Hieruit blijkt, iets wat supporters allang weten, dat generieke beperkende maatregelen met name ten koste gaan van loyale voetballiefhebbers, terwijl maatwerkoplossingen en samenwerking aantoonbaar leiden tot minder incidenten en een verbeterde sfeer. Het programma Toegankelijk, gastvrij en veilig voetbal, dat in 2020 werd afgerond, richtte zich op een persoonsgerichte aanpak, gastheerschap en veiligheid en leverde een positieve bijdrage aan normalisatie. Ondanks de ambities om deze lijn voort te zetten, zoals geïllustreerd door de roadmap Gastvrij en Veilig Voetbal en de voorbereidingen voor TGV 2026, bestaat er in de praktijk het risico dat men vervalt in traditionele benaderingen. Tegelijkertijd roepen de KNVB en het Supporterscollectief op om te blijven investeren in gastvrijheid, dialoog en de participatie van supporters.

Dit plan zet een concrete stap vooruit met een pilotaanpak die inzet op differentiatie tussen doelgroepen en een balans zoekt tussen vrijheid en verantwoordelijkheid. Er zijn heldere spelregels, gefaseerde testen en expliciete rollen voor gemeenten, politie, OM, clubs, supporterscollectieven en SLO’s. Een bonus-malusregeling stimuleert gewenst gedrag; privileges worden aangepast bij overtredingen. Effecten worden gemeten via incidenten, politiewerk, supporters ervaring en economische impact. Goede communicatie en hospitality zijn essentieel, net als samenwerking met lokale partijen. Het doel: meer vertrouwen, betrokkenheid van supporters en een betere voetbalbeleving met veiligheid en gastvrijheid centraal.

1. Aanleiding en probleemstelling

Voetbal kent een uitzonderingspositie in Nederland: uitsupporters worden structureel beperkt in hun bewegingsvrijheid. Vervoersregelingen zoals bus- of autocombi’s en verboden om binnensteden te bezoeken zijn inmiddels decennia de norm. De maatregelen zijn ooit ingevoerd om incidenten te voorkomen, maar staan niet meer in verhouding tot de cijfers: het aantal incidenten daalt, terwijl de beperkingen grotendeels zijn gebleven.

  • Uitsupporters hebben minder rechten dan bezoekers van andere evenementen.
  • In de meeste Europese landen geldt vrij vervoer als norm.
  • Incidenten nemen af, maar de maatregelen zijn niet mee veranderd.

2. Doel van de pilot

De pilot moet de weg openen naar een normaler, gastvrijer en veiliger beleid voor uitsupporters. Het uitgangspunt is dat vrijheid de norm wordt, terwijl veiligheid en sfeer overeind blijven. Door supportersgroepen te onderscheiden, kan beleid veel preciezer worden ingericht.

  • Fanatieke aanhang: gezamenlijk vervoer, met privileges voor sfeer en beleving.
  • Overige supporters(worden weer behandeld als normale burgers): vrij vervoer, zonder combi’s of beperkingen.
  • Resultaat: een gastvrije beleving voor alle supporters en een voorspelbare inzet voor politie en gemeente.

3. Uitwerking van het model

De pilot maakt onderscheid tussen twee groepen supporters. Deze differentiatie zorgt ervoor dat maatregelen proportioneel zijn en dat beide groepen kunnen genieten van een veilige en gastvrije wedstrijdbeleving. Mochten er nu mensen denken, hoe kan je nou onderscheid maken? Dat gebeurt al, maar nu worden de echte onschuldigen onnodig “gepakt”.

De doelgroep, de fanatieken die maximaal gaan, moet je gaan faciliteren in hetgeen waar zij naar toeleven. Die 90 minuten, maximaal uitpakken voor de club en stad. De andere groep krijgen dezelfde vrijheden als dat je bij andere events ook ziet.

A. Bus+Privileges (fanatieke aanhang)

  • Georganiseerd busvervoer met duidelijke afspraken.
  • Privileges: eten/drinken zonder restricties, vlaggen en sfeeracties toegestaan, goede communicatie en medewerking.
  • Erecode(leggen wij vast): de harde kern laat overige supporters met rust en concentreert zich op eigen wereld. Onderling wordt daar op toegezien, oude garde kriigt een rol in sluitstuk icm SLO en supporterscollectieven(Die wij gaan vormgeven, een belangrijke stap in verantwoordelijkheid)

B. Vrij Vervoer+ (overige supporters)

  • Geen verplichte combi’s.
  • Vrije toegang tot binnenstad, horeca en OV.
  • Toegang tot het uitvak in het stadion voor behoud van veiligheid.
  • Gastvrijheid als uitgangspunt, net als bij andere evenementen.

Sommige clubs ervaren uitdagingen bij het faciliteren van auto’s waarmee supporters naar uitwedstrijden reizen. Een praktische oplossing hiervoor is het inzetten van een pendeldienst. Supporters behouden hun mobiliteit, maar worden verwacht zich te verzamelen op een vooraf vastgesteld locatie. Op dit verzamelpunt staan pendelbussen gereed om de uitsupporters naar het stadion of uitvak te vervoeren.

4. Randvoorwaarden en spelregels

Een pilot kan alleen succesvol zijn met duidelijke afspraken die door alle partijen worden gedragen. Deze spelregels vormen de basis voor voorspelbaarheid en veiligheid, en zorgen dat vrijheid en gastvrijheid centraal staan.

  • Kaders: toepassing van gemeentelijk-handelingskader en gemeentelijke vergunningen.
  • Veiligheidsdriehoek: burgemeester, politie en OM houden regie over risicoanalyse en inzet.
  • Bonus-malus: bij goed verloop meer vrijheid, bij incidenten terugschakelen.
  • Communicatie: duidelijke informatie vooraf via clubs en SLO’s.
  • Balans: maatregelen moeten altijd proportioneel zijn en gastvrijheid bevorderen.

5. Selectie van pilotwedstrijden

Het kiezen van de juiste wedstrijden bepaalt in grote mate het succes van de pilot. Een geleidelijke aanpak voorkomt dat we meteen in het diepe springen en biedt de kans om te leren en bij te sturen voordat de aanpak op grote schaal wordt toegepast.

  • Fase 1 – Rustige wedstrijden: Start met 3 tot 5 duels die als laag risico worden ingeschat. Denk aan wedstrijden overdag, met een redelijke reisafstand en zonder sterke rivaliteit. Dit zorgt voor een gecontroleerde omgeving waarin de nieuwe werkwijze getest kan worden.
  • Fase 2 – Uitbreiding: Als fase 1 goed verloopt, ga dan door met zwaardere affiches, bijvoorbeeld een derby of een avondwedstrijd. De ervaring uit fase 1 vormt de basis voor de risicoanalyse en eventuele bijsturing.
  • Fase 3 – Structureel gebruik: Bij succes wordt Vrij Vervoer+ de standaard voor de meeste wedstrijden. Alleen bij zwaarwegende redenen (bijvoorbeeld extreme rivaliteit of hoog risico op confrontatie) kan de driehoek besluiten tot een andere vorm van vervoer.

6. Organisatie en verantwoordelijkheden

Een duidelijke rolverdeling voorkomt misverstanden en conflicten. Alle betrokken partijen moeten weten wat hun taak is, zodat de pilot soepel verloopt en niemand voor verrassingen komt te staan.

  • Gemeente: Verantwoordelijk voor de evenementenvergunning en het toepassen van het gemeentelijk-handelingskader. De gemeente stemt met politie en club af welke voorwaarden in de vergunning worden opgenomen.
  • Politie/OM: Voert de risicoanalyse uit en stelt de benodigde inzet vast. Monitort de naleving van afspraken en rapporteert na afloop.
  • Thuisclub: Zorgt voor een gastvrije ontvangst van uitsupporters, regelt publieksinformatie (zoals reisroutes, horeca, stadiontoegang) en stemt af met lokale partners.
  • Ultras/ harde kern/fanatieken: Organiseert de Bus+Privileges-reizen, ziet toe op de erecode en communiceert afspraken richting de eigen achterban.
  • Supporterscollectief NL: Toetst of het beleid proportioneel en gastvrij is, brengt best practices in en vertegenwoordigt de belangen van supporters op nationaal niveau.
  • Supporter Liaison Officers (SLO’s): Schakelfiguur tussen club en supporters; zij lichten de afspraken toe, coördineren vragen en spelen een sleutelrol in de communicatie.

7. Ticketing en toegang

De manier waarop tickets worden uitgegeven en gecontroleerd beïnvloedt direct de beleving van supporters én de veiligheid. Een doordachte ticketingstructuur voorkomt chaos en onnodige barrières.

  • Vrij Vervoer+: Voor deze groep supporters verloopt de kaartverkoop via het reguliere kanaal. Er zijn geen extra eisen zoals persoonsregistratie of verplichte combi‑tickets; supporters kopen gewoon een uitvak-ticket en reizen op eigen gelegenheid.
  • Bus+Privileges: Omdat hier sprake is van extra vrijheden, kan er gekozen worden voor een ticketingproces met ID-check of IBA (Identiteits Bewijs bij Aankoop). Dit is niet bedoeld om mensen uit te sluiten, maar om verantwoordelijkheid te koppelen aan de extra ruimte die wordt geboden.
  • Uitsluitend toegang via uitvak: Om de veiligheid in het stadion te garanderen, blijven uitsupporters in het uitvak. Menging in de stad is vrij, maar in het stadion geldt een duidelijke scheiding. Dit waarborgt overzicht en beperkt de kans op confrontaties.

8. Meting en evaluatie (KPI’s)

Om te kunnen bepalen of de pilot een succes is, moeten we exact weten wat de effecten zijn. Goed gekozen indicatoren (KPI’s) helpen objectief vast te stellen waar winst wordt geboekt en waar nog werk nodig is.

  • Aantal incidenten: Zowel kleine als grote (bij politie/stewarding gemelde) incidenten worden bijgehouden en vergeleken met vergelijkbare wedstrijden van voorgaande jaren.
  • Gebruik combi’s versus vrij vervoer: Wordt er daadwerkelijk meer vrij gereisd? En hoe ervaren supporters dit?
  • Gastvrijheid en beleving: Via enquêtes en Net Promoter Score (NPS) meten we hoe supporters hun bezoek ervaren. Wachttijd, ontvangst, horeca‑ervaring en gevoel van veiligheid spelen hierbij een rol.
  • Economische impact: In samenwerking met horeca, OV‑bedrijven en gemeente wordt gekeken naar omzetcijfers en bezoekersaantallen. Het doel is om te toetsen of meer uitsupporters ook meer omzet en een positieve lokale impact betekenen.
  • Politie‑inzet: Het aantal uren inzet per wedstrijd wordt bijgehouden. Minder restricties horen samen te gaan met gerichtere, efficiëntere inzet.
  • Naleving van de erecode: Specifiek voor de Bus+Privileges-groep wordt bijgehouden of afspraken worden nagekomen. Positief gedrag leidt tot grotere vrijheid.

9. Communicatie en hospitality

Een gastvrije ontvangst begint bij duidelijke communicatie. Supporters moeten vooraf weten wat ze kunnen verwachten, en de ontvangende stad moet hen welkom heten. Goede hospitality kan het verschil maken tussen een negatieve en positieve ervaring.

  • Publieksinformatie: Voor iedere pilotwedstrijd komt een duidelijk informatiepakket: reisadvies, parkeerinformatie, horeca‑aanbiedingen en plattegronden met looproutes. Dit wordt verspreid via clubkanalen, SLO’s, supporterswebsites en sociale media.
  • Speciale suppoprters ontmoetingsplekken: In de stad en bij het stadion komen herkenbare punten waar uitsupporters terecht kunnen voor informatie, hulp of begeleiding. Dit kan een infokiosk zijn, een mobiele stand of een prominent horeca‑aanbod.
  • Samenwerking met lokale horeca en OV: Horecaondernemers worden betrokken bij de plannen zodat ze zich kunnen voorbereiden op de stroom bezoekers. OV‑bedrijven worden gevraagd de dienstregeling en reisinformatie aan te passen op de wedstrijden.
  • Afspraken met SLO’s: Supporter Liaison Officers spelen een grote rol in de voorlichting. Zij hebben direct contact met supportersgroepen en kunnen vragen of zorgen tijdig signaleren en oplossen.

10. Juridische borging

Een pilot met dit soort beleidswijzigingen moet stevig verankerd zijn in wet- en regelgeving. Zo voorkomen we dat deelnemers juridische risico’s lopen en verzekeren we dat besluiten standhouden.

  • Evenementenvergunning: De afspraken uit de pilot worden opgenomen in de evenementenvergunningen van de ontvangende gemeenten, zodat ze formeel afdwingbaar zijn.
  • Gemeentelijk-handelingskader: Het pilotmodel sluit aan op bestaande richtlijnen voor veiligheidsmaatregelen bij voetbalwedstrijden. Dit voorkomt conflicten met andere beleidsterreinen.
  • Europees kader: De Saint-Denis-conventie (Safety, Security, Service) wordt als leidraad gebruikt. Hiermee tonen we dat de Nederlandse aanpak in lijn is met Europese normen.
  • Privacywetgeving: Eventuele persoonsgegevens (bij IBA voor Bus+Privileges) worden zorgvuldig verwerkt conform AVG. Er wordt zoveel mogelijk met groepsgegevens gewerkt en niet met individuele profielen.

11. Risico’s en maatregelen

Geen enkel experiment is risicoloos. Door mogelijke problemen vooraf te benoemen én maatregelen te koppelen, wordt de kans op falen beperkt en kan snel worden bijgestuurd als het nodig is.

  • Onvoorziene confrontaties: Er is altijd een risico dat supporters elkaar buiten het stadion treffen. Door looproutes slim te ontwerpen, zichtbare servicepunten in te richten en real‑time crowd control toe te passen (bijvoorbeeld via camera’s en mobiele teams) kan escalatie vaak worden voorkomen.
  • Misbruik van privileges: Als bepaalde groepen hun extra ruimte misbruiken, wordt de sanctieladder snel doorlopen: van waarschuwing tot intrekken van privileges of zelfs stadionverboden.
  • Publieke kritiek: Het kan lijken alsof regels soepeler worden en er meer risico wordt genomen. Daarom is transparantie over resultaten essentieel. Door vanaf het begin statistieken en ervaringen openbaar te maken, ontstaat er draagvlak en begrip.
  • Onvoldoende capaciteit: Bij succes kan het zijn dat clubs of gemeenten meer verzoeken krijgen om mee te doen dan ze aankunnen. Een duidelijke fasering en goede planning moeten dit ondervangen.

12. Evaluatie en opschaling

De pilot is geen eindpunt, maar een start. Door tussentijds en na afloop te evalueren, leren we wat werkt en wat niet. Alleen dan kunnen we verantwoord beslissen of het beleid verder wordt uitgerold.

  • Tussenevaluatie: Na de eerste drie pilotwedstrijden wordt geëvalueerd: wat ging goed, wat ging mis, en waar moet worden bijgestuurd? Aanpassingen worden direct doorgevoerd voor de vervolgfase.
  • Eindevaluatie: Na één seizoen wordt met alle stakeholders (gemeenten, politie, clubs, supporterscollectieven, KNVB) een grondige analyse gemaakt. Alle KPI’s worden besproken en er wordt een besluit genomen over structurele toepassing.
  • Opschaling: Als de pilot succesvol blijkt, wordt Vrij Vervoer+ de norm, waarbij Bus+Privileges als gerichte maatregel beschikbaar blijft voor de fanatieke aanhang. Incidentgestuurde uitzonderingen blijven uiteraard mogelijk, maar zijn dan gebaseerd op risico en niet op routine.

2 reacties op “PILOT NORMALISATIE EN GASTVRIJHEID UITSUPPORTERS”

  1. Steven Arnold avatar
    Steven Arnold

    Super!!!
    Hier MOET het Nederlands voetbal en de supporterscultuur mee gered worden!

  2. Rina.E. avatar
    Rina.E.

    Goed stuk.
    Zou mooi zijn indien dit echt wordt. Voetbal en emoties horen bij elkaar,dus ook verschillende vormen van beleving.
    Hoop dat dit,zoals beschreven Niels, er zsm kan komen. Na 1 seizoen weet men dan precies wat goed en wat fout gaat.
    Met mekaar voor elkaar.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *